De eerste dag
Thuiskomen in zijn of haar definitieve thuis is voor de hond en het gezin een grote dag. Het is prettig als de hond op die bewuste dag zo vroeg mogelijk in zijn nieuwe huis komt. Dit geeft hem zoveel mogelijk tijd om onder uw begeleiding te wennen aan de nieuwe omgeving voordat ’s avonds de lichten uitgaan en de hond mogelijk alleen is. Laat de hond op zijn gemak het huis verkennen, kamer voor kamer en roep hem geregeld bij u voor wat aandacht.
Om voor de hond duidelijk te maken met welke mensen hij een band moet aangaan, is het verstandig de eerste dagen bezoek tot een minimum te beperken.
Voor veel van onze honden is het een relatief nieuwe ervaring om een ‘huishond’ te zijn. Uw hond zal de eerste dagen heel veel nieuwe indrukken op doen en deze ook moeten verwerken. Dit doen honden op verschillende manieren: de een zal de eerste dagen veel slapen, terwijl de ander juist erg onrustig is en op onderzoek blijft uitgaan.
Kennismaking met uw andere hond(en)
Ook al is de kennsmaking tussen uw bestaande en nieuwe hond bij het opvanggezin goed verlopen, in en rond uw huis kan dit anders uitpakken omdat uw bestaande hond denkt de oudste rechten te hebben en dit mogelijk ook duidelijk zal willen laten blijken.
Het handigst is om de de hernieuwde kennismaking buiten uw huis plaats te laten vinden. Doe dit samen met tenminste 1 andere persoon waarbij ieder een hond aan de riem heeft. Gun ze de tijd en ruimte om elkaar te besnuffelen en schrik niet van eventueel wat gegrom. Blijf zelf ontspannen zodat beide honden dit ook zo voelen. Wandel daarna met beide honden een stuk en maak dit extra plezierig d.m.v. wat snoepjes en positieve bevestiging waarbij u uw bestaande hond als eerste beloont. Deze is immers hoger in rang. Let er wel op dat u uitsluitend positief gedrag ook positief beloont. Als u merkt dat (een van) de honden zich ongemakkelijk voelt, ga dan iets verder uit elkaar lopen en probeer wat later weer dichter bij elkaar te lopen.
Wees alert op tekenen van agressie en wees een uitval voor door met uw stem een zelfverzekerd ‘NEE’ te laten horen als reactie op het agressieve signaal van de hond. U bent te allen tijde baas over beide honden en dit moet ook duidelijk zijn voor de honden. Als u het huis binnengaat, neemt u als roedelleider de nieuwkomer mee naar binnen. Voor alle zekerheid kunt u de riemen van beide honden nog even bevestigd laten zodat eventueel ingrijpen makkelijker gaat.
Uw bestaande hond kan zich onzeker voelen door de nieuwkomer. Bevestig hem in de rangorde maar sta niet toe dat hij zich misdraagt t.o.v. uw nieuwe hond.
Wees niet verbaasd als de honden niet direct de dikste maatjes zijn. Ook zij zullen aan elkaar moeten wennen en de onderlinge rangorde helder moeten krijgen.
Huisregels
Bespreek en besluit voordat de hond komt wat uw huisregels zullen zijn en in welke ruimte de hond wel en niet mag komen. Laat hier alle huisgenoten vanaf dag 1 op een vriendelijke manier duidelijk en consequent in zijn.
In een later stadium, als voor de hond duidelijk is dat u bepaalt wat er in huis gebeurt, is het best mogelijk om van deze regels af te wijken maar de eerste periode heeft de hond vooral behoefte aan duidelijkheid over zijn plek in de roedel. Hij heeft tijd nodig om te wennen aan uw huisregels en de routine van uw huishouden, dit neemt meestal een week in beslag. Door consequent als zijn leider op te treden en de hond positief te belonen voor gewenst gedrag, verloopt dit proces zowel voor u als voor de hond het prettigst.
Honden hechten veel waarde aan routine. Probeer daarom op dezelfde tijden te voeren en te wandelen. Hierdoor zal de hond zich sneller thuis voelen.
Verdeel de verzorgende taken zoals voeren, spelen en wandelen onder verschillende leden van uw huishouden zodat de hond met allen positieve ervaringen krijgt.
Alleen zijn
Als uw wilt dat uw hond gewend raakt aan een bench, dan is het heel belangrijk deze plek zo leuk mogelijk te maken voor uw hond. Geef hem bijvoorbeeld zijn kluifjes en speeltjes altijd in de bench en verstop er geregeld wat kleine hondensnoepjes in. De hond zal de bench dan gaan associëren met iets plezierigs en er geen moeite mee hebben als u hem er bijvoorbeeld in zet gedurende de nacht of tijdens uw afwezigheid. Sommige van onze honden hebben met opsluiting helaas zulke nare ervaringen vanuit hun verleden dat het veel zal vergen van u en de hond om de bench alsnog een plezierig iets te laten worden. Maak dan de afweging of het u dit waard is en of er geen veilig alternatief is, zoals bijvoorbeeld de hal of bijkeuken. De radio zachtjes aan laten tijdens uw afwezigheid is vaak prettig voor de hond en maakt dat hij minder gespitst is op geluiden van buitenaf.
Bouw het alleen thuis zijn van de hond langzaam op, maar begin hier zo spoedig mogelijk mee. Belangrijk is dat u er niet een hele heisa van maakt als de hond u weer ziet na een periode van afwezigheid. Doe rustig uw jas uit, zet de boodschappen in de keuken en roep de hond dan pas bij u en geef hem aandacht. U bent immers de roedelleider en bepaalt wanneer de lagere in rang aandacht krijgt. Dit klinkt misschien heel hard, maar juist deze duidelijkheid maakt het voor uw hond mogelijk gewoon lekker te genieten van zijn hondenleventje zonder zich zorgen te hoeven maken over het leiderschap van de roedel waartoe hij behoort.
De nachten
Als u de hond ’s nachts graag in een bench hebt, dan kunt u dit het beste opbouwen door de bench de eerste nacht(en) in uw slaapkamer te zetten en deze stapje bij beetje verder van uw bed te verwijderen. Zo leert de hond dat u altijd in de buurt bent, ook al ziet hij u op een gegeven moment niet meer. Mocht de hond de eerste nachten piepen of janken, troost hem dan niet met uw stem maar leg uw hand tegen de bench zodat hij deze kan ruiken.
Als de hond de eerste nachten onrustig is of jankt, probeer dit gedrag dan te negeren. Immers, negatieve aandacht is toch aandacht en een beloning voor zijn gedrag, waardoor u dit alleen maar stimuleert. Wat ook kan helpen, is ervoor te zorgen dat er een klein lampje brandt in de ruimte waar de hond alleen slaapt. Dit werkt niet zozeer omdat de hond bang is in het donker, maar omdat hij licht associeert met uw aanwezigheid.
Zindelijkheid
Het kan zijn dat uw hond nog weinig ervaring heeft als huishond en dus nog niet (geheel) zindelijk is. Bied de hond zeker de eerste dagen met tussenpozen van enkele uren de gelegenheid zijn behoefte buiten te doen en als hij wat doet, beloon hem dan met uw stem, een lekkere knuffel en/of een snoepje. Houd de hond goed in de gaten voor signalen dat hij naar buiten moet (bij de deur staan, veel snuffelen) en prijs hem inderdaad uitbundig als hij buiten doet wat ook de bedoeling is.
Door alle opwinding en spanning van de eerste dagen, kan ook een zindelijke hond best wat ongelukjes in huis hebben. Als de hond een ongelukje in huis heeft, negeer dit dan en ruim het zonder poespas op. Het positief belonen van gewenst gedrag werkt veel beter dan het afstraffen van ongewenst gedrag.
Voeding
Van het opvanggezin waar uw hond zijn eerste periode in Nederland heeft doorgebracht, zult u te horen hebben gekregen welke voeding de hond gewend is. Als u op een ander merk of een ander type voeding wilt overstappen, raden wij u aan dit pas enkele weken na plaatsing te doen. De spanning van de plaatsing in combinatie met verandering van voeding is een goed recept voor een onrustige maag met alle gevolgen van dien. Het eventueel overzetten op een ander voer doet u in een aantal dagen, waarbij u de eerste 2 dagen ¼ deel van het oude voer vervangt door het nieuwe, de 2 dagen erna de helft vervangt en daarna 3/4. Honden kunnen in stresssituaties (zoals de plaatsing) soms moeilijke eters zijn. Wat vaak helpt, is om het voer (tijdelijk) wat aantrekkelijker te maken door het toevoegen van wat blikvoer, wat geraspte kaas of kattenvoer.
Spelen
Veel van onze honden hebben nog nooit speelgoed gehad en zijn soms ook niet gewend met een mens te kunnen spelen. Hierdoor kunnen ze ….
- in eerste instantie erg bezitterig worden over ‘hun’ speelgoed en moeite hebben dit eventueel te delen met de andere hond(en) in huis. Ook hierin bepaalt u als roedelleider wat wel en niet mag. Geef de hond z’n speeltje en pak het ook weer af op het moment dat u het genoeg vindt.
- nog niet weten wat wel en wat niet speelgoed is. Maak dit voor de hond vanaf dag 1 duidelijk door, als hij iets pakt dat geen speelgoed is, het af te pakken en hem iets te geven waarmee hij wel mag spelen. Bedenk dat als u uw hond een oude schoen geeft om op te knauwen, het de volgende keer wel ’ns uw nieuwe laarzen kunnen zijn. Voor de hond is een schoen nu eenmaal een schoen, nieuw of oud.
- het maar vreemd vinden als u de hond uitdaagt voor een spelletje. Een spel dat heel uitnodigend is voor honden en vooral onzekere honden stimuleert, is het trekspelletje waarbij u de ene kant van een (flos)touw vast hebt en u de hond uitnodigt de andere kant te pakken. Zorg wel dat u wint, dit spel kan de heersende rangorde voor uw hond bevestigen.
Geschikte speelgoedjes zijn bijvoorbeeld: (wasbare) flostouwen, piepbeestjes en ballen. Voor de meeste honden is het een groot feest knuffels aan flarden te scheuren maar verwijder vooraf wel de glazen oogjes e.d. en bedenk dat de hond het verschil niet weet tussen een oude afgedankte knuffel en de nieuwe Winnie de Poeh van uw dochter.
Met een Kong® kan uw hond uren plezier beleven. Daarom is dit een goed type speelgoed om aan uw hond te geven als hij enkele uren alleen moet blijven. De Kong® kunt u vullen met allerhande lekkers voor uw hond, voor hem de kunst om het er allemaal uit te peuteren.
Kluiven
Kluifjes zijn wat anders en kunnen in de beleving van de hond tot zijn voeding behoren. Als u als roedelleider uw hond een kluif geeft, dan is de kluif vanaf dat moment echt van hem en heeft hij ook het recht deze eventueel te verdedigen tegen anderen, lager in rang dan hijzelf. Een hond zal kleinere kinderen als gelijken of lageren in rang zien, daarom is het van groot belang de hond alleen een kluifje te geven als de kinderen hem daarna niet kunnen storen.
Wandelen
De meeste van onze honden hebben in het opvanggezin geleerd aan de riem te lopen of konden dit al, maar soms zijn ze er nog niet aan gewend om in een drukke stadse omgeving vol prikkels rustig te wandelen. Als u merkt dat de hond nog wat schrikachtig is in zijn nieuwe buitenomgeving, praat dan op vrolijke toon tegen de hond zodat de hond aan u merkt dat het iets plezierigs is en leid hem met uw stem af als u een situatie tegenkomt waarvan u inschat dat de hond angstig wordt.
Voor een hond is het natuurlijk heerlijk om lekker vrij rond te kunnen rennen en snuffelen. In Nederland mag dit alleen in gebieden die zijn vastgesteld als losloop- of uitrengebieden. We raden u met klem aan de hond de eerste weken niet los te laten, ook als u het gevoel heeft dat de hond wel bij u zou blijven. Train loslopen en op commando bij u komen eerst in de tuin of een ander afgezet gebied. Pas als de hond goed naar dit commando luistert, kunt u hem met een gerust hart loslaten in de daarvoor bestemde gebieden.
Leiderschapsfeiten
- Honden zijn geen mini-mensjes, het zijn jagende roedeldieren die hun leider volgen.
- Voor honden is het belangrijk te weten dat mensen betere roedelleiders zijn in de mensenwereld, de omgeving waarin de roedel van de hond zich moet handhaven.
- Voor angstige honden is het van het grootste belang te weten dat ze niet hoeven te vluchten omdat zij door hun leider worden beschermd in een voor hen angstige omgeving.
- U bent een goede leider als u constant in contact staat met uw hond, hem met zachte zekere hand corrigeert en positief gedrag beloont.
- Goed leiderschap wordt niet bereikt door macht en straf maar door een zelfverzekerde, consequente houding.
- Honden voelen direct aan wie de leider is door het lezen van lichaamstaal.
Honden en kinderen
Leer kinderen:
- de juiste manier om een hond te benaderen
- niet op de hond af te rennen, naar hem te schreeuwen of hem te pesten
- niet op de grond te liggen met de hond
- de hond met rust te laten als deze ligt te slapen of aan het eten is
- de hond bij zich te roepen voor een knuffel of aai
- niet over de hond heen te ‘hangen’.
Laat kinderen nooit alleen met de hond.
Cursus volgen
Wij raden iedereen aan een cursus te volgen met hun nieuwe hond. Voor u als eigenaar is het prettig een aanspreekpunt te hebben hoe de ontwikkeling van uw hond verloopt, maar een cursus is vooral een goed instrument om de band tussen u en uw hond te stimuleren en verstevigen. Er zijn verschillende vormen van trainen met een hond, variërend van de clickertraining tot de slipketting. Vraag bij andere hondeneigenaren eens naar hun ervaringen met scholen in uw buurt en zoek een hondenschool uit die een methode hanteert die aansluit bij uw ideeën hierover.
Interessante boeken over dit onderwerp:
De vrouw die naar honden luistert – Jane Fennell
Tirion Uitgevers 2002 | ISBN: 9043903523
Uw hond natuurlijk de baas – Jane Fennell
Forte uitgevers B.V. 2003 | ISBN: 9058772535
De hondenfluisteraar – Klaas Weinberg
Strengholt’s Boeken 2002 | ISBN: 9060109880
Een hond en een dolfijn (inleiding tot clickertraining) – Karen Pryor
Unieboek BV 2004 | ISBN: 9041004688
Denken als een hond – John Fisher
Unieboek BV 2006 | ISBN: 9041004726
Kalmerende signalen – Turid Rugaas
Uitgeverij Yggdrasil 2003 | ISBN: 9080758418
Toepoels gedragsgids voor hond en baas – Gwen Bailey
Becht’s Uitgevers-Maatschappij 2005 | ISBN: 9023010388
Toepoels Kindergids Mijn eerste hond – Sarah Whitehead
Becht’s Uitgevers-Maatschappij 2002 | ISBN: 902301068X
Honden trainen volgens de regels van de natuur – Arjen van Alphen & Francien Koeman
Uitgeverij Elmar 2003 | ISBN: 9038913788